Marc groet 's morgens zijn ONdingen. Over OVER-draagzaam zijn
Bad_tist merkte gisteren terecht op dat de 0110-organisatoren hun evenement niet hadden moeten organiseren op een week voor de verkiezingen als ze het geheel wilden vrijwaren van politieke connotatie. Tist heeft een punt, maar helemaal correct is die redenering niet.
Je kunt moeilijk ontkennen dat de manifestatie zich door de timing duidelijk tot de politiek richt en tot de mensen die de lokale politiek volgende week zaterdag grondig kunnen beïnvloeden (lees ook dit bericht). Ik heb hier al eerder iets over geschreven. Maar ik denk niet dat het evenement een andere connotatie had gekregen wanneer het op een ander moment had plaatsgehad. De tegenstelling verdraagzaam-onverdraagzaam is de afgelopen jaren zelf politiek geconnoteerd geraakt.
Een Janus-probleem
Wie daar de schuld voor draagt valt moeilijk uit te maken. Het Vlaams Blok en opvolger Vlaams Belang hebben duidelijk discriminerende en onverdraagzame taal gesproken waardoor het evident lijkt om te zeggen dat alles wat naar blanke xenofobie neigt Vlaams Belang-gedrag is. Niet echt correct, me dunkt.
De andere partijen hebben de bovengenoemde tegenstelling net zogoed gepolitiseerd en alle vormen van onverdraagzaamheid gestigmatiseerd tot Vlaams Belang-manieren. Minister van buitenlandse zaken Karel De Gucht (VLD) had er enkele maanden geleden niet beter op gevonden dan alle Vlaams Belangkiezers moreel verantwoordelijk te houden voor de moorden van Hans Van Temsche.
Door dat soort onzin is alles wat over verdraagzaamheid en onverdraagzaamheid gaat meteen gepolitiseerd en gesimplifieerd. Die situatie maakt de zaken paradoxaal genoeg niet eenvoudiger.
Die stigmatisering waar zowel het cordon als het fanatisme van de democratische partijen (kan je dit wel zeggen van fanatieke partijen?) en het Belang toe heeft bijgedragen, heeft ervoor gezorgd dat andere, subtielere vormen van onverdraagzaamheid onbesproken blijven.
Een schrale taal betekent een schrale wereld
Door de paniekerige retoriek waarmee het cordon sanitaire destijds is opgetrokken en de harde, sloganeske taal die alle betrokken partijen gehanteerd hebben tegenover elkaar is de taal die nauwkeuriger overeenstemt met de maatschappelijke werkelijkheid gevangen gezet. Of beter, ze is in ballingschap moeten gaan. Sinds het cordon kun je een aantal zaken gewoon niet meer zeggen, ook al zijn ze terecht.
Die schrale taal is niets minder dan een dwangbuis, een keurslijf waar alle betrokkenen de werkelijkheid proberen in te wringen. Hun onwezenlijke taalgebruik doet de werkelijkheid geweld aan door de zaken anders voor te stellen dan ze zijn.
Een goddeloze, machinale taal
Ik moet hier altijd denken aan wat Adorno schreef over de instrumentele rede. Hij heeft haarscherp geanalyseerd hoe de rede bewust een aantal blinde vlekken negeert, veelal uit angst om de autoriteit van het eigen denken, het eigen normen- en waardensysteem én de waarheidsclaim niet in gevaar te brengen.
Je kunt die blinde vlekken gemakkelijk vergelijken met taboes. Eén van de belangrijkste taboes in ons denken is geweld. De rationele, democratische samenleving talmt nog altijd om het geweld dat inherent is aan haar organisatie en haar denken recht in de ogen te kijken en eerlijk te onderzoeken.
Volgens Adorno redeneren we dat geweld dan instrumenteel weg. Kijk naar wat de Amerikanen aanvangen met het krediet van de zogezegd sterkste democratie ter wereld. Als we die taboes onvoldoende kennen bestaat het risico dat ze zulke sterke drijfveren worden dat we de gevolgen van hun instrumentalisering niet meer onder controle kunnen houden. Wie zomaar een oorlogsmachine in gang zet loopt het gevaar een kernreactie van geweld te veroorzaken (exponentieel ipv lineair). De Tweede Wereldoorlog is daar een pijnlijk voorbeeld van.
Het fundamentalisme van de democratie
Eerlijk gezegd geloof ik niet dat onze samenleving haar taboes al in de ogen gekeken heeft. Want wie van onze politici durft uit te leggen dat een samenleving onverdraagzaam moet zijn om te kunnen overleven. Dit klinkt cru, maar een samenleving moet bestand zijn tegen bepaalde vormen van verandering om aan alle betrokkenen de nodige levensruimte te kunnen blijven garanderen. Een democratie mag/moet/kan daar zeer fundamentalistisch in zijn. Hoezeer is zij zich hiervan bewust?
En alvorens zowel links, rechts, boven, onder, voor als achter moord en brand schreeuwt: dat is altijd zo geweest. De utopische democratische samenleving is altijd het meest nabij geweest voor een kleine minderheid omdat haar grenzen elders werden bevochten door een despoot, een leger, een muur, een grote hoeveelheid geld.
De termen verdraagzaam en onverdraagzaam zijn door de gebeurtenissen van de afgelopen vijftien jaar de woestijn in gestuurd. En het zal nog enkele jaren duren voor ze van hun pelgrimstocht terugkeren. Een terugkeer zal pas mogelijk zijn wanneer we op een gezonde manier kunnen verklaren dat zowel verdraagzaamheid als onverdraagzaamheid thuishoort in het democratische gedachtegoed.
Altijd maar praten? Altijd maar praten!
Communicatie blijft voor mij de enige uitweg, de enige mogelijke oplossing, ook al krijg ik emmers stront over me heen, ook al word ik scheef bekeken voor wat ik zeg, ik blijf spreken én luisteren. Mensen moeten zich broodnodig echt laten kennen.
Want zeg eens eerlijk, ken jij jezelf? En herken jij jezelf in wat politici zeggen of wat er in de pers geschreven wordt? Durf jij met je eigen woorden zeggen wat je denkt? Heb je het al eens geprobeerd zonder een ander klakkeloos na te praten?
En ken jij je buren nog? Ik weet een beetje wie mijn Bulgaarse overburen zijn, maar weten zij wie ik ben? Weten de Turkse of Marokkaanse jongeren bij ons in de buurt waar wij mee bezig zijn? Weten wij waar zij mee bezig zijn? "Wat we doen interesseert hen niet", hoorde ik onlangs nog van iemand die bij ons buurtwerk verricht. Waarom?(*)
Wat Anciaux en co ook mogen beweren, er wordt niet genoeg gecommuniceerd in onze samenleving. Er wordt teveel gebabbeld, teveel nagepraat. Er wordt geen kennis gemaakt. Er wordt geen sociale weerbaarheid opgebouwd. We kruipen terug in allerlei burchten, achter allerlei vooroordelen en met "we" bedoel ik IEDEREEN die aan deze samenleving deelneemt dus ook iedereen die denkt dat die samenleving niet verder reikt dan het volkse dorpscafé op de hoek of de beelden die via de schotelantenne of internetverbinding andere werelden bedrieglijk dichtbij brengen.
Ja, jouw wereld is groter dan je dorpsgrens en ja, je wereld begint tegelijkertijd met wat er voor je voordeur gebeurt.
Het lijkt me beter als we wat meer OVERDRAAGZAAM zouden zijn (en dan bedoel ik NIET in de zin van: laten we met z'n allen gaan "klikken").
Arne.
Terug omhoog
In de Gentse Sleepstraat kon je afgelopen zondag deelnemen een intercultureel feestmaal. Het feest werd georganiseerd door Resul Tapmaz en Getiat (de Gentse Organisatie van Turkse Ondernemingen). In een interview met de krant De Gentenaar zegt Tapmaz:
"Langs beide kanten zouden er heel veel problemen kunnen vermeden worden als men zich voldoende openstelt voor elkaar. Met dit initiatief willen we aan de niet-moslims zeggen: 'Jullie zijn ook welkom op onze feesten.'"
"Toegegeven, de 0110-concerten lokten misschien niet zoveel allochtonen. Ikzelf was er wel, maar ik denk dat we een positieve kritiek naar de integratieverenigingen moeten uitzenden door te stellen dat ze meer naar de allochtonen moeten toestappen en daadwerkelijk ook met hen praten.''
Tapmaz heeft gelijk, maar het zijn niet enkel de integratieverenigingen die naar de allochtonen moeten toestappen. Het is ook aan de allochtone gemeenschap om naar de autochtonen te stappen en om zich te informeren over of zelfs deel te nemen de alle activiteiten die andere gemeenschappen organiseren, om de voelsprieten wat meer uit te steken en te proeven van wat er om hen heen gebeurt.
Kleinere groepen, wijken, straten, buurten, buren, mensen persoonlijk uitnodigen om eens "langs te komen", om elkaar op straten en pleinen te ontmoeten en samen iets in elkaar te steken of om naar elkaars werk te komen kijken, daar begint dat OVERdraagzaam zijn, daar liggen de wortels voor het echte samenleven.
Binnenkort hoop ik op deze blog enkele reacties te kunnen plaatsen van mensen uit de buurt (buurtwerkers, buurtbewoners, jongeren, ouderen, ...).
Je kunt moeilijk ontkennen dat de manifestatie zich door de timing duidelijk tot de politiek richt en tot de mensen die de lokale politiek volgende week zaterdag grondig kunnen beïnvloeden (lees ook dit bericht). Ik heb hier al eerder iets over geschreven. Maar ik denk niet dat het evenement een andere connotatie had gekregen wanneer het op een ander moment had plaatsgehad. De tegenstelling verdraagzaam-onverdraagzaam is de afgelopen jaren zelf politiek geconnoteerd geraakt.
Een Janus-probleem
Wie daar de schuld voor draagt valt moeilijk uit te maken. Het Vlaams Blok en opvolger Vlaams Belang hebben duidelijk discriminerende en onverdraagzame taal gesproken waardoor het evident lijkt om te zeggen dat alles wat naar blanke xenofobie neigt Vlaams Belang-gedrag is. Niet echt correct, me dunkt.
De andere partijen hebben de bovengenoemde tegenstelling net zogoed gepolitiseerd en alle vormen van onverdraagzaamheid gestigmatiseerd tot Vlaams Belang-manieren. Minister van buitenlandse zaken Karel De Gucht (VLD) had er enkele maanden geleden niet beter op gevonden dan alle Vlaams Belangkiezers moreel verantwoordelijk te houden voor de moorden van Hans Van Temsche.
Door dat soort onzin is alles wat over verdraagzaamheid en onverdraagzaamheid gaat meteen gepolitiseerd en gesimplifieerd. Die situatie maakt de zaken paradoxaal genoeg niet eenvoudiger.
Die stigmatisering waar zowel het cordon als het fanatisme van de democratische partijen (kan je dit wel zeggen van fanatieke partijen?) en het Belang toe heeft bijgedragen, heeft ervoor gezorgd dat andere, subtielere vormen van onverdraagzaamheid onbesproken blijven.
Een schrale taal betekent een schrale wereld
Door de paniekerige retoriek waarmee het cordon sanitaire destijds is opgetrokken en de harde, sloganeske taal die alle betrokken partijen gehanteerd hebben tegenover elkaar is de taal die nauwkeuriger overeenstemt met de maatschappelijke werkelijkheid gevangen gezet. Of beter, ze is in ballingschap moeten gaan. Sinds het cordon kun je een aantal zaken gewoon niet meer zeggen, ook al zijn ze terecht.
Die schrale taal is niets minder dan een dwangbuis, een keurslijf waar alle betrokkenen de werkelijkheid proberen in te wringen. Hun onwezenlijke taalgebruik doet de werkelijkheid geweld aan door de zaken anders voor te stellen dan ze zijn.
Een goddeloze, machinale taal
Ik moet hier altijd denken aan wat Adorno schreef over de instrumentele rede. Hij heeft haarscherp geanalyseerd hoe de rede bewust een aantal blinde vlekken negeert, veelal uit angst om de autoriteit van het eigen denken, het eigen normen- en waardensysteem én de waarheidsclaim niet in gevaar te brengen.
Je kunt die blinde vlekken gemakkelijk vergelijken met taboes. Eén van de belangrijkste taboes in ons denken is geweld. De rationele, democratische samenleving talmt nog altijd om het geweld dat inherent is aan haar organisatie en haar denken recht in de ogen te kijken en eerlijk te onderzoeken.
Volgens Adorno redeneren we dat geweld dan instrumenteel weg. Kijk naar wat de Amerikanen aanvangen met het krediet van de zogezegd sterkste democratie ter wereld. Als we die taboes onvoldoende kennen bestaat het risico dat ze zulke sterke drijfveren worden dat we de gevolgen van hun instrumentalisering niet meer onder controle kunnen houden. Wie zomaar een oorlogsmachine in gang zet loopt het gevaar een kernreactie van geweld te veroorzaken (exponentieel ipv lineair). De Tweede Wereldoorlog is daar een pijnlijk voorbeeld van.
Het fundamentalisme van de democratie
Eerlijk gezegd geloof ik niet dat onze samenleving haar taboes al in de ogen gekeken heeft. Want wie van onze politici durft uit te leggen dat een samenleving onverdraagzaam moet zijn om te kunnen overleven. Dit klinkt cru, maar een samenleving moet bestand zijn tegen bepaalde vormen van verandering om aan alle betrokkenen de nodige levensruimte te kunnen blijven garanderen. Een democratie mag/moet/kan daar zeer fundamentalistisch in zijn. Hoezeer is zij zich hiervan bewust?
En alvorens zowel links, rechts, boven, onder, voor als achter moord en brand schreeuwt: dat is altijd zo geweest. De utopische democratische samenleving is altijd het meest nabij geweest voor een kleine minderheid omdat haar grenzen elders werden bevochten door een despoot, een leger, een muur, een grote hoeveelheid geld.
De termen verdraagzaam en onverdraagzaam zijn door de gebeurtenissen van de afgelopen vijftien jaar de woestijn in gestuurd. En het zal nog enkele jaren duren voor ze van hun pelgrimstocht terugkeren. Een terugkeer zal pas mogelijk zijn wanneer we op een gezonde manier kunnen verklaren dat zowel verdraagzaamheid als onverdraagzaamheid thuishoort in het democratische gedachtegoed.
Altijd maar praten? Altijd maar praten!
Communicatie blijft voor mij de enige uitweg, de enige mogelijke oplossing, ook al krijg ik emmers stront over me heen, ook al word ik scheef bekeken voor wat ik zeg, ik blijf spreken én luisteren. Mensen moeten zich broodnodig echt laten kennen.
Want zeg eens eerlijk, ken jij jezelf? En herken jij jezelf in wat politici zeggen of wat er in de pers geschreven wordt? Durf jij met je eigen woorden zeggen wat je denkt? Heb je het al eens geprobeerd zonder een ander klakkeloos na te praten?
En ken jij je buren nog? Ik weet een beetje wie mijn Bulgaarse overburen zijn, maar weten zij wie ik ben? Weten de Turkse of Marokkaanse jongeren bij ons in de buurt waar wij mee bezig zijn? Weten wij waar zij mee bezig zijn? "Wat we doen interesseert hen niet", hoorde ik onlangs nog van iemand die bij ons buurtwerk verricht. Waarom?(*)
Wat Anciaux en co ook mogen beweren, er wordt niet genoeg gecommuniceerd in onze samenleving. Er wordt teveel gebabbeld, teveel nagepraat. Er wordt geen kennis gemaakt. Er wordt geen sociale weerbaarheid opgebouwd. We kruipen terug in allerlei burchten, achter allerlei vooroordelen en met "we" bedoel ik IEDEREEN die aan deze samenleving deelneemt dus ook iedereen die denkt dat die samenleving niet verder reikt dan het volkse dorpscafé op de hoek of de beelden die via de schotelantenne of internetverbinding andere werelden bedrieglijk dichtbij brengen.
Ja, jouw wereld is groter dan je dorpsgrens en ja, je wereld begint tegelijkertijd met wat er voor je voordeur gebeurt.
Het lijkt me beter als we wat meer OVERDRAAGZAAM zouden zijn (en dan bedoel ik NIET in de zin van: laten we met z'n allen gaan "klikken").
Arne.
Terug omhoog
In de Gentse Sleepstraat kon je afgelopen zondag deelnemen een intercultureel feestmaal. Het feest werd georganiseerd door Resul Tapmaz en Getiat (de Gentse Organisatie van Turkse Ondernemingen). In een interview met de krant De Gentenaar zegt Tapmaz:
"Langs beide kanten zouden er heel veel problemen kunnen vermeden worden als men zich voldoende openstelt voor elkaar. Met dit initiatief willen we aan de niet-moslims zeggen: 'Jullie zijn ook welkom op onze feesten.'"
"Toegegeven, de 0110-concerten lokten misschien niet zoveel allochtonen. Ikzelf was er wel, maar ik denk dat we een positieve kritiek naar de integratieverenigingen moeten uitzenden door te stellen dat ze meer naar de allochtonen moeten toestappen en daadwerkelijk ook met hen praten.''
Tapmaz heeft gelijk, maar het zijn niet enkel de integratieverenigingen die naar de allochtonen moeten toestappen. Het is ook aan de allochtone gemeenschap om naar de autochtonen te stappen en om zich te informeren over of zelfs deel te nemen de alle activiteiten die andere gemeenschappen organiseren, om de voelsprieten wat meer uit te steken en te proeven van wat er om hen heen gebeurt.
Kleinere groepen, wijken, straten, buurten, buren, mensen persoonlijk uitnodigen om eens "langs te komen", om elkaar op straten en pleinen te ontmoeten en samen iets in elkaar te steken of om naar elkaars werk te komen kijken, daar begint dat OVERdraagzaam zijn, daar liggen de wortels voor het echte samenleven.
Binnenkort hoop ik op deze blog enkele reacties te kunnen plaatsen van mensen uit de buurt (buurtwerkers, buurtbewoners, jongeren, ouderen, ...).
arne wat een bemoeidigend stuk schrijf je hier
BeantwoordenVerwijderenkijken over grenzen begint bijeen eettafel in eigen huizen,
een maal delen met een glimlach op wangen, glans in ogen
het delen van een blik in verstaan
zonder ongemakkelijke houding
je woorden raken me, je ontroert met je teksten,ik lees graag je blogs
het weten te vinden van de deurbel
ook in tijden zonder nood van je buurman,
graag gelezen wat je zoals denkt
taal stopt niet bij een monoloog
stereo kan iets iets toevoegen
lieve groet
annemieke steenbergen
www.annemiekes.punt.nl